Doe-orgel bouwen

Gaan jullie het Doe-orgel bouwen in de klas? Dat is leuk! In de kist zitten wel 128 onderdelen. Als je die netjes sorteert kun je alles in elkaar zetten. En dan heb je een echt orgel, waar je ook nog op kunt spelen.

Alle onderdelen van het Doe-orgel.
Bouwen

Het bouwen van het Doe-orgel doe je in groepjes. Er is een groepje die het raamwerk bouwt. Anderen sorteren de open en de dichte pijpen. Weer anderen leggen de toetsen op volgorde. En dan komt alles bij elkaar. Ben je nieuwsgierig hoe dat gaat? Wim Janssen, de bedenker van dit orgel heeft het voor ons uitgelegd.

Wim Janssen demonstreert hoe je het Doe-orgel moet bouwen.
Spelen

Als je het Doe-orgel hebt gebouwd kun je er muziek mee maken. O ja, er moet wel iemand wind in het orgel pompen natuurlijk. Zo iemand noem je de ‘calcant’.

De kinderen pompen de wind in het orgel, zodat de organist kan spelen.
Anders Börjesson heeft een stuk van J.S. Bach speciaal geschikt gemaakt voor het Doe-orgel. Het stuk heet ‘Jesu bleibet meine Freude’.

Je kunt het orgel niet alleen als solo-instrument gebruiken. Het kan ook heel goed samen spelen met andere instrumenten. Zoals hier met trompetten en trombones.

Geert Bierling is de stadsorganist van Rotterdam. Hier speelt hij een stuk op het Doe-orgel, samen met een groep blazers.